vrijdag 1 februari 2008

Kan ik het nog ruilen?



Stel je wilt iets weten over ontleden. Dan ga je naar de taalwinkel en je kijkt wat er te koop is. Mooie, fris ingerichte zaak met allerlei glimmende adviezen op de plank, en hee, zowaar een afdeling Ontleden en woordsoorten! In zes kleuren, dus in didactisch opzicht lijken kosten noch moeite gespaard.

Mooie voorbeeldontleding van de zin Ik wil mijn zus morgen een goed boek voor haar verjaardag geven. Dat ziet er al meteen feestelijk uit. Maar wat is nou een prepositieconstituent? Dat is namelijk de ontleding van voor haar verjaardag. Een prepositieconstituent?

Gelukkig kun je die term aanklikken. Dan krijg je een stukje uitleg over de term prepositieconstituent. Die uitleg begint wel een beetje ongelukkig: "Een prepositieconstituent of voorzetselconstituent kan in een zin voorkomen." Ja, waar anders, zou je zeggen. Ik zou er niet meteen eentje in mijn bureaula of tussen de soepgroenten verwachten. Maar wacht, er volgt nog een verduidelijking: "De constituent bestaat uit een prepositie die verbonden is met de woorden die erachter staan." Ik hoop dat elders in de taalwinkel een uitleg van het woord constituent staat, want dat woord  hoor je ook niet elke dag op de Albert Cuyp. En prepositie is dan wel aanklikbaar, maar daar staan alleen een paar voorbeelden (op, in, om, voor, naast, door) en een link naar de voorpagina van de ANS, waar je dan eerst het register in moet om uit te vinden dat een prepositie gewoon een voorzetsel is. Zet dat er even bij

Op de uitleg wachten we nu al twee zinnen, want dat een prepositieconstituent in een zin kan voorkomen en bestaat uit een prepositie die verbonden is (verbonden is?) met de woorden die erachter staan, dat ligt allemaal wel een beetje voor de hand. Maar in zin drie komt het dan eindelijk: "Het gaat hier om een vaste combinatie van de prepositie met de persoonsvorm." En dan vier voorbeelden, te beginnen met het deprimerende Nederland verliest vaak van Duitsland. Einde uitleg.

Nou ben ik een welwillende lezer, en ik snap op dit punt aangeland natuurlijk best dat het hier om een uitleg van het voorzetselvoorwerp gaat. Maar het is niet zo'n beste uitleg. Dat van die vaste combinatie, dat is wel heel mager, en als je het al wilt hebben over een vaste combinatie, dan is dat in ieder geval geen vaste combinatie tussen het voorzetsel en de persoonsvorm, maar tussen het voorzetsel en het hoofdwerkwoord van de zin. Als je klikt op de uitleg van persoonsvorm krijg je in de taalwinkel nota bene alleen maar voorbeelden van zinnen waarin de persoonsvorm niet het hoofdwerkwoord is (Waar kun je die lekkere bonbons kopen?) In die zinnen heeft een eventueel voorzetselvoorwerp helemaal niets te maken met de persoonsvorm.

Maar goed, een prepositieconstituent is dus een voorzetselvoorwerp, dat is tenminste de bedoeling. Maar dat betekent dat in de zin Ik wil mijn zus morgen een goed boek voor haar verjaardag geven. de woordgroep voor haar verjaardag ontleed zou moeten worden als een voorzetselvoorwerp. En dat klopt dan weer niet.

Als ik mijn zus morgen een goed boek geef, en het is voor haar verjaardag, dan is die laatste toevoeging een bijwoordelijke bepaling. Van reden, zou ik denken, maar op het punt van de onderverdeling van de bijwoordelijke bepalingen lopen de meningen nogal uiteen. Het voorzetsel voor is hier vervangbaar door de voorzetseluitdrukking ter (of: bij) gelegenheid van, wat wijst op een duidelijke eigen betekenis van het voorzetsel, en het zinsdeel vertoont dan ook geen bijzondere band met, of afhankelijkheid van, het werkwoord geven. Het staat er ter versiering maar zo'n beetje bij. Bijwoordelijke bepaling dus, en geen voorwerp.

Het valt te betreuren dat een zo mooi ingerichte winkel zijn ontleedwaren zo slordig uitstalt. Je denkt misschien dat ik lang heb moeten zoeken om zo'n gek voorbeeld te vinden, maar ook de andere pagina's met uitleg blinken niet uit door helderheid. Zo staat er bijvoorbeeld in de uitleg over het naamwoordelijk gezegde de onbegrijpelijke mededeling: "De persoonsvorm bestaat altijd uit een modaal werkwoord of koppelwerkwoord dat de persoonsvorm 'koppelt' aan de rest van de zin." Het is maar goed dat er geen Keuringsdienst van Ontleedwaren bestaat, want die zou bij twee van zulke incidenten onmiddellijk tot sluiting en verzegeling van het bedrijfspand overgaan.

4 opmerkingen:

  1. Beste Taalprof,
    Ik ben het met je eens dat de uitleg veel te wensen overlaat, maar zouden ze met 'prepositieconstituent' niet inderdaad een 'voorzetselconstituent' bedoelen zoals die benoemd worden in de generatieve grammatica? Naast de naamwoordelijke constituent, verbale constituent en hoe heten ze ook alweer allemaal. Wat die constituent doet tussen een verder traditionele ontleding is mij ook niet duidelijk, maar ik denk niet dat er bedoeld wordt dat 'voor haar verjaardag' een voorzetselvoorwerp is ...

    BeantwoordenVerwijderen
  2. @Gaia: dat zou ik graag geloven, maar wat moet ik dan met de uitleg dat het "om een vaste combinatie van prepositie en persoonsvorm" gaat? Dat geldt ook in de generatieve grammatica niet voor alle prepositionele constituenten. Daar komt bij dat de term "voorzetselvoorwerp" of een andere overeenkomstige term in de taalwinkel ontbreekt. Nee, ik vrees dat ze echt het voorzetselvoorwerp op het oog hebben.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Beste taalprof,
    Ik ben zojuist ook even in de taalwinkel wezen kijken, maar ik heb er niets gevonden dat ik wilde kopen. Wel lag er een snippertje dat me in verwarring bracht. Dat is dit snippertje:
    ---
    Zowel ....als heeft/hebben
    zin 1 Zowel Ajax als Feijenoord heeft een sterk middenveld
    zin 2 Zowel Ajax als Feijenoord hebben een sterk middenveld
    In dit geval kun je beter de vorm van zin 1 dan zin 2 gebruiken. Dat komt omdat de zin een afkorting is van de zin: Zowel Ajax heeft een sterk middenveld als Feijenoord heeft een sterk middenveld. Ook hebben beide onderwerpen dezelfde vorm van de derde persoon. Als de onderwerpen verschillen, zoals in onderstaande zinnen 3 en 4, dan moet je wel meervoud gebruiken. Dat geldt ook als een of beide onderwerpen in het meervoud staan (zin 5 en 6).
    ---
    De schrijver beweert dat zin 1 een verkorting is van 'Zowel A heeft een sterk middenveld als F heeft een sterk middenveld.' Dat lijkt me onzin, dat is geen zin die in het Nederlands grammaticaal is. Ik kan hoogstens zeggen: 'A heeft een sterk middenveld, zowel als F een sterk middenveld heeft'.
    Hoe zou de taalprof zin 1 ontleden? Waar komt dat congruentieprobleem vandaan?

    BeantwoordenVerwijderen
  4. @Henk: congruentieproblemen bij nevenschikkingen zijn legio. Denk ook maar aan persoonsproblemen als bij 'jij of ik', 'hij of zij'.
    Het is in ieder geval een feit dat 'Zowel Ajax als Feijenoord' een "distributieve" nevenschikking is. Dat wil zeggen: wat je ook als gezegde toevoegt, qua betekenis is het iets wat ieder van die clubs apart doet. Je kunt niet iets zeggen als: 'Zowel Ajax als Feijenoord hebben samen de hoogste begroting', of 'Zowel Ajax als Feijenoord treffen elkaar dit jaar drie keer.' Om dit te verklaren wordt er in moderne taalkundige theorieën wel van uitgegaan dat er toch twee zinnen aan die nevenschikking ten grondslag liggen. In de zin 'Zowel Ajax als Feijenoord heeft een Braziliaan in de selectie' is er sprake van twee verschillende Brazilianen: Ajax heeft er een in de selectie, én Feijenoord heeft er een in de selectie.
    Als je er een meervoud van maakt: 'Zowel Ajax als Feijenoord hebben een Braziliaan in de selectie', dan geef je daarmee aan dat je de nevenschikking interpreteert als een nevenschikking van twee clubs. Dat lijkt me theoretisch niet onmogelijk. Bij voornaamwoorden in het enkelvoud wordt het zelfs bijna verplicht: 'Zowel hij als ik lachen ons kapot' klinkt mij beter in de oren dan 'Zowel hij als ik lacht zich kapot'. Maar dat komt natuurlijk ook door de problemen met persoonscongruentie.

    BeantwoordenVerwijderen